Schematherapie

Schematherapie is een vorm van psychotherapie waarin elementen uit cognitieve gedragstherapie, hechtingstheorie, psychodynamische therapie en andere therapievormen met elkaar worden gecombineerd.

Uitgangspunt van de schematherapie is het idee dat iedereen overtuigingen (schema’s genoemd) over zichzelf en andere mensen heeft ontwikkeld. Die schema’s bepalen vervolgens hoe we situaties benaderen en aanpakken. Een schema is als het ware een gekleurde bril waardoor je naar de wereld kijkt. Deze schema’s kunnen positief of negatief zijn. Voorbeelden van negatieve schema’s zijn: “Ik ben niet de moeite waard”, “Iedereen laat me uiteindelijk in de steek” of “Anderen maken misbruik van mij”. Negatieve schema’s zorgen voor vertekeningen in het denken. Ze beïnvloeden ons gedrag op een manier die voortdurend tot problemen leidt. Deze schema’s zijn vaak vroeg in het leven ontstaan en een soort tweede natuur geworden. Daarom leiden ze vaak tot langdurige problemen in het functioneren.

In een schematherapie onderzoekt u samen met de therapeut welke schema’s verband houden met uw problemen. U leert om de invloed van deze schema’s af te zwakken en gezondere schema’s op te bouwen. Er is aandacht voor ervaringen uit het verleden die geleid hebben tot de vorming van negatieve schema’s. Door deze ervaringen door een meer neutrale, volwassen bril te bekijken, leert u om langzaam afstand te nemen van de negatieve conclusies die u ooit over uzelf of anderen getrokken heeft. Er wordt veel aandacht besteed aan de manier waarop schema’s doorwerken in uw relaties en ook hoe ze in de therapie zelf tot uiting komen. Wanneer een of meerdere schema’s geraakt worden kan iemand in een bepaalde gemoedstoestand (modus) terecht komen. Een modus kenmerkt zich door bepaalde (intense) emoties en bepaalde gedragingen.

In mijn praktijk bied ik zowel  individuele schematherapie als groepsschematherapie. Bij de Vereniging voor Schematherapie heb ik een registratie als senior schematherapeut.